Bacteriën en virussen
Bacteriën en virussen zijn zeer kleine cellen die infecties kunnen veroorzaken. Je kunt ze alleen zien via een microscoop. Daarom worden ze ook wel micro-organismen of microben genoemd.
Bacteriën
Bacteriën zijn microben die op eigen kracht overal kunnen overleven. In het menselijk lichaam, de lucht, het water, de bodem... Bovendien kunnen bacteriën zich zeer snel vermenigvuldigen. Antibiotica kunnen bacteriën doden en daardoor levens redden.
Bacteriën veroorzaken onder andere:
• Longontsteking,
• bacteriële hersenvliesontsteking,
• wondinfecties,
• sommige vormen van keel- en oorontsteking.
Zonder bacteriën is leven onmogelijk. Bacteriën waren de eerste levensvormen op aarde. De meeste bacteriën zijn onschadelijk en hebben zich aangepast aan hun leefomgeving. Ook op ons lichaam huizen miljoenen bacteriën, denk alleen al aan onze darmflora. Sommige echter zijn echte ziekteverwekkers, pathogenen. Wanneer we in contact komen met zo’n ziekteverwekker hangt het van een aantal factoren af hoe ziek we worden, namelijk:
1. De agressiviteit van de ziekteverwekkers
2. De oorsprong van de ziekteverwekkers
3. De hoeveelheid ziekteverwekkers die zijn binnengedrongen in het lichaam
4. Onze gezondheids- en gemoedstoestand,
5. De snelheid waarmee ons afweersysteem de indringers te lijf gaat
Virussen
Virussen zijn veel kleiner dan bacteriën en gedragen zich heel anders. Ze hebben geen eigen stofwisseling en kunnen zich daardoor niet zelfstandig vermenigvuldigen. Om zich voort te planten hebben virussen levende cellen nodig. Ze profiteren van de cel die ze binnendringen. Dit doen ze door de cel aan te zetten tot het aanmaken van nieuwe virussen. Daarna wordt de gastcel vernietigd en verspreidt het virus zich snel verder in het lichaam. Antibiotica hebben GEEN ENKEL effect op virussen.
Virussen veroorzaken onder andere:
• verkoudheden,
• acute bronchitis,
• griep,
• de meeste vormen van keel- en oorontsteking,
• mazelen,
• rode hond,
• virale hepatitis